chromofoor
- Geluid: chromofoor (hulp, bestand)
- chro·mo·foor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chromofoor | chromoforen |
verkleinwoord | chromofoortje | chromofoortjes |
de chromofoor m
- (natuurkunde) (scheikunde) kleurdrager, groep atomen in een molecule, die de kleur van de verbinding bepaalt
stellend | |
---|---|
onverbogen | chromofoor |
verbogen | chromofore |
chromofoor [1]
- Het woord 'chromofoor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.