Bloesem
  • (IPA in voorbereiding)
  • chi·na·peer
enkelvoud meervoud
naamwoord chinapeer chinaperen
verkleinwoord chinapeertje chinapeertjes

de chinapeerv / m

  1. (bloemplanten) Pyrus bretschneideri   een soort peer, die voorkomt in het noorden van China. Hier wordt de soort veel gekweekt voor zijn vruchten. Het zijn sappige peren met wittig vruchtvlees, die in tegenstelling tot de appelvormige nashipeer (Pyrus pyrifolia  ) uit Oost-Azië meer de vorm van de 'gewone' peer (Pyrus communis  ) hebben. De peren zijn knapperig en smaken zoet