chameets
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cha·meets
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
het chameets o
- (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) gegist deeg van een van de vijf graansoorten van het oude Israël, genoemd in de halacha (tarwe, emerkoren, spelt, gerst en tweerijige gerst)
- (Jiddisch-Hebreeuws) (voeding) voedsel dat gegist deeg bevat (niet-geoorloofd op Pesach)
Verwante begrippen
- bedikat chameets, bitoel chameets, mechirat chameets
- Asjkenazisch Hebreeuws: chomeits
- Jiddisj: chomets
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'chameets' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.