capteren
- cap·te·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
capteren |
capteerde |
gecapteerd |
zwak -d | volledig |
capteren
- overgankelijk opvangen van signalen, zenders, stroom enz
- Een radiobericht capteren.
- Het woord capteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "capteren" herkend door:
33 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be