capricieus
- Geluid: capricieus (hulp, bestand)
- ca·pri·ci·eus
- afgeleid van het Franse capricieux (met het achtervoegsel -eus) [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | capricieus | capricieuzer | capricieust |
verbogen | capricieuze | capricieuzere | capricieuste |
partitief | capricieus | capricieuzers | - |
capricieus
- vol grillen, grillig
- Haar capricieus hing hem de keel uit.
1.
- Het woord capricieus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "capricieus" herkend door:
62 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be