Nederlands

 
brekmes
Uitspraak
Woordafbreking
  • breek·mes
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord breekmes breekmessen
verkleinwoord breekmesje breekmesjes

Zelfstandig naamwoord

het breekmeso

  1. een uitschuifbaar hobbymes waarvan men steeds een gebruikt deel kan afbreken zodat men weer een nieuw en scherp lemmet kan gebruiken
    • "Toen ik met wielrennen begon, wist ik niet dat mijn leven soms in gevaar zou zijn", schrijft een aangeslagen Offredo op zijn Facebook-pagina. "Ik werd vandaag het slachtoffer van een aanval met een breekmes en een baseballbat tijdens een training met twee vrienden." [2] 
    • En wie stond er aan de poort van het kindergeluk? Gewapend met een breekmes en een pot zwarte plakkaatverf? Dick Bruna. Wie Nijntje oneigenlijk gebruikte, vergat de vrolijke snor. De fiets werd een tank. En op tafel kwamen er rechtszaken en venijn. [3] 
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

76 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen