• brain·drain
  • Leenwoord uit het Engels (zie brain drain). In de betekenis van ‘emigratie van intellectuelen’ voor het eerst aangetroffen in 1968 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord braindrain braindrains
verkleinwoord - -

de braindrainm

  1. het wegtrekken van de intellectuele bovenlaag uit arme landen naar rijkere, westerse landen
    • De braindrain betekende de ondergang van de economie van het land. 

Aan het Engels ontleende samenstellingen worden aaneengeschreven, zie spellingregel 12.A.

81 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[3]