Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • bos·ogen·troost
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bosogentroost
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bosogentroostm

  1. (bloemplanten) Euphrasia nemorosa   een eenjarige plant en halfparasiet uit de bremraapfamilie (Orobanchaceae  ). De soort komt van nature voor in Noordwest- en Midden-Europa en Azië en is van daaruit verspreid naar Noord-Amerika en is inheems in Nederland en België. In Nederland is het een zeldzame soort. De bosogentroost lijkt veel op de stijve ogentroost (Euphrasia stricta  ) en wordt door Heukels   als een synoniem beschouwd van de stijve ogentroost. De stengel van de stijve ogentroost is echter niet behaard, terwijl die van bosogentroost wel behaard is
Hyperoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie