bosglimmer

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bosglimmer    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• bos·glim·mer

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bos zn  en  glimmer zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bosglimmer	bosglimmers
verkleinwoord	bosglimmertje	bosglimmertjes

Zelfstandig naamwoord

de bosglimmer m

1. (tweevleugeligen) Orthonevra brevicornis  een vliegensoort uit de familie van de zweefvliegen (Syrphidae). De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1843 door Loew

Hyperoniemen

• zweefvliegen, vliegen, tweevleugeligen, insecten, zespotigen, geleedpotigen, dieren

Verwante begrippen

• bruine bosglimmer

Gangbaarheid

• Het woord 'bosglimmer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.