boomwortel
- Geluid: boomwortel (hulp, bestand)
- boom·wor·tel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boomwortel | boomwortels |
verkleinwoord | boomworteltje | boomworteltjes |
de boomwortel m
- (plantkunde) wortel waarmee een boom vastzit in de grond
- Het woord boomwortel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Henning Mankell (vert.Clementine Luijten)“Italiaanse schoenen” (2011), De Geus (uitgeverij), ISBN 9789044521832
- ↑ Weblink bron “Recordronde Stricker, Woods klungelt” (12-08-2011), NOS