• boom·groep
enkelvoud meervoud
naamwoord boomgroep boomgroepen
verkleinwoord boomgroepje boomgroepjes

de boomgroepv / m

  1. een groep bomen in een verder relatief opener landschap
    • Bij de boomgroep verderop moet je rechtsaf. 
90 % van de Nederlanders;
81 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be