• bob·by
enkelvoud meervoud
naamwoord bobby bobby's
verkleinwoord

de bobbym

  1. (ordehandhaving) (informeel) Engelse politieagent
    • Een bobby draagt een typische helm, een wapenstok maar geen vuurwapen. 
  1. politieagent
68 % van de Nederlanders;
69 % van de Vlamingen.[2]