blauwschichten
- (IPA in voorbereiding)
- blauw·schich·ten
- samenstelling van blauw zn en schichten zn
- blauwschicht zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blauwschichten | |
verkleinwoord |
de blauwschichten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord blauwschicht
- meervoudsvorm als officiële benaming (libellen) Pachydiplax een geslacht van libellen (Odonata) uit de familie van de korenbouten (Libellulidae) die 1 soort omvat: de blauwschicht
- [2] blauwschicht
- Het woord 'blauwschichten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.