beschikkingsrecht
- be·schik·kings·recht
- samenstelling van beschikking zn en recht zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beschikkingsrecht | beschikkingsrechten |
verkleinwoord |
het beschikkingsrecht o
- (juridisch) het recht om vrijelijk ergens over te kunnen beschikken
- ▸ Het slachtoffer raakte onder dwang het exclusieve beschikkingsrecht kwijt over deze opgebouwde bezittingen. De Raad concludeerde daaruit dat er sprake is van diefstal.[1]
- Het woord beschikkingsrecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Hoge Raad: virtueel stelen is strafbaar” (Dinsdag 31 januari 2012, 15:18), NOS