Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·ra·pen
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van rapen met het voorvoegsel be-

Werkwoord

berapen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
berapen
beraapte
beraapt
zwak -t volledig
  1. (bouwkunde) metselwerk met kalkspecie bedekken
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

46 % van de Nederlanders;
44 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen