bekeringsdrang
- be·ke·rings·drang
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bekeringsdrang | - |
verkleinwoord | - | - |
de bekeringsdrang m
- (ongeneeslijke?) drang tot bekeren
- Hij stond bij de Franse inlichtingendiensten geregistreerd als geradicaliseerd en gewelddadig en had een overdreven bekeringsdrang. [1]
1. zie: proselitisme
- Het woord bekeringsdrang staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.