basiself

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  basiself    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ba·sis·elf

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  basis zn  en  elf ht 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	basiself
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de basiself v / m

1. (sport) de elf spelers waarmee men een voetbalwedstrijd begint

   ▸ De gemiddelde leeftijd bij Liverpool is vanavond 19 jaar, 6 maanden en 3 dagen. Daarmee is het de jongste basiself in de 127-jarige clubhistorie van The Reds.

   ▸ Ajax-trainer Erik ten Hag had in Velsen-Zuid wat wijzigingen doorgevoerd in zijn basiself maar niettemin speelden Champions League-helden als Donny van de Beek, Dusan Tadic en Noussair Mazraoui op de kunstgrassprieten van het Rabobank IJmondstadion, dat uitgelopen was voor misschien wel de grootste wedstrijd van deze eeuw voor de thuisploeg.

Synoniemen

• basiselftal,

Hyperoniemen

• voetbalelftal

Gangbaarheid

• Het woord basiself staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "basiself" herkend door:

45 %	van de Nederlanders;
53 %	van de Vlamingen.