• bal·ver·liefd
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen balverliefd balverliefder balverliefdst
verbogen balverliefde balverliefdere balverliefdste
partitief balverliefds balverliefders -

balverliefd

  1. (voetbal) iemand die zo veel van voetballen houdt dat hij maar moeilijk de bal kan overspelen naar een medespeler
     Toen Lionel Messi nog een klein, balverliefd mannetje was in Rosario, wilde hij maar een speler zijn: Pablo Aimar. Bij de uitreiking van de Gouden Bal in 2015, de vijfde van zijn totaal van zeven, vertelde Lionel Messi erover. "Toen Aimar bij River Plate zat, hield ik heel erg van zijn manier van spelen. En later bleek dat hij ook een geweldig mens is."[1]
     Minutenlang zat Robben mokkend op de bank. Hij smeet een bidon weg en keek boos voor zich uit. Het leidde tot groot vermaak onder de andere spelers op de bank. Zo konden Frank Ribéry en Jérôme Boateng hun lachen niet houden. Robben zelf geniet ook de reputatie nogal eens 'te balverliefd' te zijn en niet altijd snel genoeg de bal af te spelen.[2]


  1.   Weblink bron “Coach Argentinië ziet tranen bij Aimar en waarschuwt: 'Het is maar een spelletje'” (Woensdag 30 november, 14:53), NOS
  2.   Weblink bron “Chagrijnige Robben zorgt voor hilariteit op Bayern-bank” (Maandag 20 maart 2017, 10:45), NOS