balletdanseres
- bal·let·dan·se·res
- samenstelling van ballet en danseres
- afgeleid van balletdanser met het achtervoegsel -es
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | balletdanseres | balletdanseressen |
verkleinwoord | balletdanseresje | balletdanseresjes |
de balletdanseres v
- (dans) (beroep) een vrouw die ballet danst
- De balletdanseres wist iedereen te boeien met haar sierlijke bewegingen.
1.
- Het woord balletdanseres staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.