• au·to·ma·tis·me
enkelvoud meervoud
naamwoord automatisme automatismen
verkleinwoord - -

het automatismeo

  1. onwillekeurig plaatshebbende handeling
     Wat voorheen als een automatisme gold, was nu een hele onderneming op zich.[1]
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]