• ass·hole
  • [1][2] (VS) samenstelling van  ass  en  hole , oorspronkelijk met een eufemistische verwijzing naar ass ezel. Voor het eerst aangetroffen in de late 19e eeuw, voor een vindplaats, zie hieronder.
  • [3] (Schotland, Noord-Engeland) samenstelling van  ash  en  hole 

asshole

  1. (vulgair) kontgat, anus
  2. (figuurlijk) (scheldwoord) eikel [3], klootzak, lul [2]
    «After church was dismissed the witness saw the words “ Ass hole work ” engraved on the back of the bench at the point where he saw the defendants cutting . He could not tell which of the letters or words were cut or engraved by the defendant»[1]
    Nadat de kerkdienst was beëindigd, zag de getuige de woorden "Klootzak arbeid" gekerfd in de rugleuning van de bank op de plek waar hij de gedaagden zag snijden . Hij kon niet zeggen welke van de letters of woorden door de beklaagde waren gesneden of gekerfd.
  3. (historisch) (verouderd) Een bakje onder voor het opvangen van as (onder een haardrooster)
98 % van de Amerikanen;
97 % van de Britten.[2]
  1.   Weblink bron
    Jackson & Jackson
    “Reports of Cases Argued and Adjudged in the Court of Appeals Dduring the entire Tyler term, 1887, and the first part of the Galveston term, 1888”, vol. XXIV (1888), Hutching Printing House, Austin, Texas, p. 2
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 18 februari 2020 “Measures of word prevalence for 61,800 English words” op ugent.be