appartementsrecht
- ap·par·te·ments·recht
- samenstelling van appartement zn en recht zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | appartementsrecht | |
verkleinwoord |
het appartementsrecht o
- (juridisch) de rechten en plichten die iemand heeft in een vereniging van eigenaren; het verdelen van het eigendomsrecht van een gebouw in meerdere delen
- ▸ In tegenstelling tot een particuliere huiseigenaar is een vve-lid niet volledig baas over de eigen woning, maar deelt de verantwoordelijkheid en zeggenschap met alle bewoners van het wooncomplex. Dit 'appartementsrecht' betekent dat huiseigenaren gezamenlijk beslissen over uitgaven voor onderhoud, maar ook voor verduurzaming.[1]
- ▸ De rechter in Amsterdam heeft bepaald dat de eigenaar van een etage in een appartementencomplex zijn huis uit moet. Hij mag niet langer gebruik maken van zijn appartementsrecht. Wel mag hij zijn etage aan anderen verhuren.[2]
- Het woord 'appartementsrecht' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Ties Keyzer“Problemen binnen vve's hinderen verduurzaming Nederlandse woningen” (Vrijdag 2 september, 19:03), NOS
- ↑ Weblink bron “Overlastgever moet van koopetage af” (Donderdag 22 september 2011, 18:29), NOS