antikraakwacht
- an·ti·kraak·wacht
- samenstelling van kraak ww en wacht met het voorvoegsel anti-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | antikraakwacht | antikraakwachten |
verkleinwoord | antikraakwachtje | antikraakwachtjes |
- één of meer personen die tijdelijk door de eigenaar in een pand geplaatst worden om te voorkomen dat het pand gekraakt wordt
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord antikraakwacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.