kraakwacht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kraakwacht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kraak·wacht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kraak ww en wacht [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kraakwacht | kraakwachten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- groep tijdelijke huurders die een leegstaand pand bewonen om te voorkomen dat dit gekraakt wordt
- Het is al zo erg geworden met de woningnood dat er al wachtlijsten zijn om voor kraakwacht in aanmerking te komen.
Synoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord kraakwacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.