antenneversterker

  • an·ten·ne·ver·ster·ker
enkelvoud meervoud
naamwoord antenneversterker antenneversterkers
verkleinwoord antenneversterkertje antenneversterkertjes

de antenneversterkerm

  1. (elektronica) een direct bij een antenne geplaatste signaalversterker
    • De antenneversterker dient het signaal zoveel te versterken, dat er aan het einde van de antennekabel een bruikbare signaalsterkte is t.o.v. de ruis.