amoed

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  amoed    (hulp, bestand)
• IPA: /aˈmut/

Woordafbreking

• amoed

Woordherkomst en -opbouw

• Herkomst: Hebreeuws

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	amoed	amoediem
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

amoed

1. v/m (Jiddisch-Hebreeuws) bladzijde
2. v/m (Jiddisch-Hebreeuws) kolom
3. o (Jiddisch-Hebreeuws) lessenaar voor de voorzanger in de synagoge

Gangbaarheid

• Het woord 'amoed' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.