allomorf
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- al·lo·morf
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Oudgriekse 'allo' (verschillend), met het voorvoegsel allo- met het achtervoegsel -morf [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | allomorf | allomorfen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Hyponiemen
Verwante begrippen
stellend | |
---|---|
onverbogen | allomorf |
verbogen | allomorfe |
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
allomorf
- in een andere vorm
Gangbaarheid
- Het woord allomorf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "allomorf" herkend door:
22 % | van de Nederlanders; |
29 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ allomorf op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be