album
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- al·bum
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘boek met witte bladen om versjes of foto's te verzamelen’ voor het eerst aangetroffen in 1700 [1]
- uit het Latijn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | album | albums |
verkleinwoord | albumpje | albumpjes |
Zelfstandig naamwoord
album o
- een boek waarin gelijksoortige zaken zijn bijeengebracht, zoals foto's of postzegels
- Ik heb een mooi album gemaakt van alle vakantiefoto's.
- een stripverhaal in boekvorm
- (muziek) een collectie van muzieknummers
- Heb jij het nieuwste album van Di-rect al?
- ▸ In South Lake Tahoe dook hij weer eens op en vertelde me dat een onbekende man hem in Bishop op straat had horen gitaarspelen. Voordat hij het wist, had deze man hem uitgenodigd om een album in zijn garagestudio op te nemen. Zo gaan die dingen, the trail provides.[3]
Synoniemen
- [2] plaat
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord album staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "album" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "album" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ album op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be