agioteren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- agio·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
agioteren |
agioteerde |
geagioteerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
agioteren
- speculeren (aan de beurs)
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'agioteren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.