• ach·ter·hout
enkelvoud meervoud
naamwoord achterhout
verkleinwoord

het achterhouto [1]

  1. (scheepvaart) houten constructie aan de achterkant van een schip
  2. deel van de constructie van een traptrede
  3. dwarshout aan de voorzijde van een kar waaraan de paarden vastgemaakt worden