De Krim rechts ervan.
  • Krim
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Krim Krims -
verkleinwoord - - -

Krim m

  1. (toponiem) een schiereiland aan de noordkust van de Zwarte Zee
    • De grote bosbrand in een nationaal park in de omgeving van de historische plaats Jalta op de Krim is nog steeds niet tot staan gebracht. [1]
    • Wy denken dat Rusland genoodzaekt is den kryg voort te zetten zoo lang het kan, en dat het nog eenen gevoeligeren slag moet afwachten als het verlies des Krims zelfs, voor alleer de vlag te stryken.[2] 
  1. "Bosbrand op de Krim breidt zich uit ' in: Nederlands dagblad jrg. 51 nr. 12854 (7 november 1994); p. 5 kol. 1; geraadpleegd 2016-03-21
  2. Nederduitsch Overzigt. Derde deel. Antwerpen 1856