• He·xe·mehl
enkelvoud
(onbepaald)
enkelvoud
(bepaald)
meervoud
(onbepaald)
meervoud
(bepaald)
nominatief en Hexemehl es Hexemehl - - - - - -
datief me Hexemehl em Hexemehl - - - - - -
accusatief en Hexemehl es Hexemehl - - - - - -

Hexemehl, o, geen meervoud

  1. (magie) sporen van de vlakke wolfsklauw (Diphasiastrum complanatum  )
  • Duits: Sporen vom Bärlapp (ook Schlangenmoos, Drudenfuß of Wolfsfuß genoemd)
  • Engels: spores of the ground pine