Einkorn.
Eenkoorn.
(Triticum monococcum)
  • Ein·korn
  • Afkomstig van het Oudhoogduitse woord einchorn.
  • Samenstelling van eins en Korn met verval van de 's'.

Einkorn o (zonder meervoud)

  1. (plantkunde), (graan) eenkorn
    «Einkorn stellt keine hohen Anforderungen an den Boden und ist resistent gegen viele Schimmelkrankheiten.»
    Eenkoorn stelt geen hoge eisen aan de grond en is resistent tegen vele schimmelziekten.