Startpagina
Willekeurig
Aanmelden
Instellingen
Financieel bijdragen
Over WikiWoordenboek
Disclaimers
Zoeken
Dánka
Taal
Volgen
Bewerken
Inhoud
1
Slowaaks
1.1
Woordherkomst en -opbouw
1.2
Zelfstandig naamwoord
1.2.1
Verwante begrippen
2
Tsjechisch
2.1
Uitspraak
2.2
Woordafbreking
2.3
Woordherkomst en -opbouw
2.4
Zelfstandig naamwoord
2.4.1
Verbuiging
2.4.2
Hyperoniemen
2.4.3
Verwante begrippen
Slowaaks
Woordherkomst en -opbouw
Afgeleid van het zelfstandig naamwoord
Dán
met het achtervoegsel
-ka
Zelfstandig naamwoord
Dánka
v
(
demoniem
)
Deense
; een vrouw met de
Deense
nationaliteit
(
demoniem
)
Deense
; een vrouw behorend tot het
Deense
volk
Verwante begrippen
Dánsko
o
dánsky
dánčina
v
Tsjechisch
Uitspraak
IPA
:
/daːŋka/
Woordafbreking
Dán·ka
Woordherkomst en -opbouw
Afgeleid van het zelfstandig naamwoord
Dán
met het achtervoegsel
-ka
Zelfstandig naamwoord
Dánka
v
(
demoniem
)
Deense
; een vrouw met de
Deense
nationaliteit
(
demoniem
)
Deense
; een vrouw behorend tot het
Deense
volk
Verbuiging
enkelvoud
meervoud
nominatief
Dánka
Dánky
genitief
Dánky
Dánek
datief
Dánce
Dánkám
accusatief
Dánku
Dánky
vocatief
Dánko
Dánky
locatief
Dánce
Dánkách
instrumentalis
Dánkou
Dánkami
Hyperoniemen
Evropanka
v
Verwante begrippen
Dánské království
o
Dánsko
o
dánsky
(
bw.
)
dánský
dánština
v
po dánsku