Braziliaanse rubberboom

- Bra·zi·li·aan·se rub·ber·boom
- verbinding van Braziliaanse en rubberboom
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Braziliaanse rubberboom | Braziliaanse rubberbomen |
verkleinwoord | Braziliaans rubberboompje | Braziliaanse rubberboompjes |
de Braziliaanse rubberboom m
- (bloemplanten) Hevea brasiliensis
een tot 30 meter hoge, rijkvertakte, in droge tijden bladverliezende boom met meestal een slanke kruin. De bladeren zijn afwisselend geplaatst, langesteeld en drietallig gelobd. De circa 15 cm lange deelblaadjes zijn van boven grasgroen en van onderen blauwgroen door een waslaagje. De circa 5 mm grote, groenachtige bloemen staan in eindelingse pluimen