Nederlands

Uitspraak
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen Baltisch Baltischer
verbogen Baltische Baltischere
partitief Baltisch Baltischers -
Woordafbreking
  • Bal·tisch
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

Baltisch

  1. (demoniem) op Baltische zee of aangrenzende gebieden betrekking hebbend
  2. betrekking hebben op Estland, Letland en Litouwen
    • Lucas weet wel wat er zal gebeuren. Hij is ervan overtuigd dat Poetin zal doorstoten tot aan de Baltische staten. "Het Westen koopt nu tijd met het bloed van de Oekraïners. Het is echt belangrijk dat we de Baltische staten heel snel versterken." [2] 
  3. (geschiedenis) betrekking hebbend op de Balten, een Visigotisch geslacht van vorsten
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen