Afrikaanse snoekzalmen
- (IPA in voorbereiding)
- Afri·kaan·se snoek·zal·men
- verbinding van Afrikaanse en snoekzalmen
- Afrikaanse snoekzalm zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Afrikaanse snoekzalmen | |
verkleinwoord |
de Afrikaanse snoekzalmen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord Afrikaanse snoekzalm
- meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Hepsetidae van straalvinnige vissen uit de orde van karperzalmachtigen (Characiformes )
- [2] karperzalmachtigen, meervallen en karperachtigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, chordadieren, dieren
- Het woord 'Afrikaanse snoekzalmen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.