• zwart·hemd
enkelvoud meervoud
naamwoord zwarthemd zwarthemden
verkleinwoord - -

de zwarthemdm

  1. lid van de (fascistische) Zwarthemden in het Italië van Mussolini, lid van de SA of SS in Nazi-Duitsland, of lid van de British Union of Fascists
  2. (figuurlijk) fascist
    • Om zijn opmerkingen over migratie werd hij een zwarthemd genoemd.