1. kenmerkende rode verkleuring van de menselijke huid op een plaats waar die hevig is gezoend
  • zuig·plek
enkelvoud meervoud
naamwoord zuigplek zuigplekken
verkleinwoord zuigplekje zuigplekjes

de zuigplekv / m

  1. kenmerkende rode verkleuring van de menselijke huid op een plaats waar die hevig is gezoend of waar lang gezogen is
    • Als ze mee mag naar de geheime plek van deze groep, wordt ze door de stoere Christian aangerand: terwijl twee vriendinnen haar vasthouden, brengt hij een zuigplek aan in haar nek. [2]
    • Zijn zwemmer Michael Phelps’ schouders een beetje verlegen? Nee die zuigplekken komen van cupping, een onbewezen alternatieve geneeswijze. [3]
  2. plaats van een insectenbeet
    • Sitkaspar reageert op aantastingen door de groene sparreluis vrijwel onmiddellijk met het laten vallen van de oude naalden ook al zit er maar een enkel zuigplekje op. [4]
  • Voor betekenis 2 is alleen het verkleinwoord zuigplekje gangbaar.
99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[5]