zomeronderbreking
- zo·mer·on·der·bre·king
- samenstelling van zomer zn en onderbreking zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zomeronderbreking | zomeronderbrekingen |
verkleinwoord | zomeronderbrekinkje | zomeronderbrekinkjes |
de zomeronderbreking v
- rustperiode tijdens de zomermaanden
- ▸ Na een zomeronderbreking hervat Verstappen het seizoen dit weekeinde op het circuit van Francorchamps in België. Zijn thuiscircuit, waar de Belgen en de Nederlanders hem al in de armen hebben gesloten.[1]
- ▸ En nu de politieke kwestie van de dag was afgewikkeld, gingen de vriendinnen met nog meer geestdrift over op de vraag of Christa bij de laatste saIon voor de zomeronderbreking moest proberen haar verwondingen te verbergen of juist niet.[2]
- Het woord 'zomeronderbreking' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron “'Verstappen heeft de snelheid van vader en het verstand van moeder'” (Zondag 23 augustus 2015), NOS
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Tussen rood en zwart” (2014), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044625691