zoekvak

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  zoekvak    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• zoek·vak

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  zoeken ww  en  vak zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	zoekvak	zoekvakken
verkleinwoord	zoekvakje	zoekvakjes

Zelfstandig naamwoord

het zoekvak o

1. deel van een computerscherm waar je een zoekopdracht kunt invullen

   • Door 'Facebook Report' te typen in het zoekvak en Wolfram Alpha toestemming te hebben gegeven om je Facebookgegevens in te zien, krijg je een enorme lijst met inzichten, die Facebook je zelf niet verschaft.  
   • „Ik denk namelijk dat het voor de RD-lezers informatief is en dat ze er ook belangstelling voor zullen hebben”, aldus Van den Burg. „Mij zou het de nodige relevante reacties op kunnen leveren (www.infonu.nl, via het zoekvak linksboven), en dat stel ik zeer op prijs want ik ben, eerlijk gezegd, wel benieuwd hoe de RD-achterban het artikel beoordeelt (misschien komen er wel fouten of nuttige aanvullingen boven water).”  

Vertalingen

    1. deel van een computerscherm waar je een zoekopdracht kunt invullen   

Engels: search box (en)

Gangbaarheid

• Het woord 'zoekvak' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zoekvak" herkend door:

80 %	van de Nederlanders;
87 %	van de Vlamingen.