zestiger
- zes·ti·ger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zestiger | zestigers |
verkleinwoord | zestigertje | zestigertjes |
de zestiger m
- iemand met een leeftijd tussen de 60 en 70 jaar
- Het entreekaartje voor het museum is voor zestigers twintig procent goedkoper.
- ▸ Het was een eigenaardige zestiger met een Chriet Titulaer-baard, gehuld in een rok.[1]
- Het woord zestiger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zestiger" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be