zeshonderdenvierentwintig
0 | 6 | 2 | 4 |
zeshonderdenvierentwintig,
op een abacus
op een abacus
- Geluid: zeshonderdenvierentwintig (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzɛshɔndərtɛnˈvirənˌtwɪntəx / (8 lettergrepen)
- zes·hon·derd·en·vier·en·twin·tig
zeshonderdenvierentwintig
- "624", langere vorm van zeshonderdvierentwintig, zeshonderd plus vierentwintig
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft zeshonderdenvierentwintig euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot zeshonderdenvierentwintig.
- om een hoeveelheid aan te geven
- zeshonderdvierentwintig (deze kortere vorm is de gangbare vorm, het langere "zeshonderdenvierentwintig" wordt zelden gebruikt)[1] [2]
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "zeshonderdenvierentwintig" ht als linkerdeel
- Het woord 'zeshonderdenvierentwintig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)