Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • zen·ker·vleer·hond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zenkervleerhond zenkervleerhonden
verkleinwoord zenkervleerhondje zenkervleerhondjes

Zelfstandig naamwoord

de zenkervleerhondm

  1. (vleermuizen) Scotonycteris zenkeri   vleermuis uit de familie van de vleerhonden (Pteropodidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Matschie in 1894.
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie