Kruipend zenegroen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ze·ne·groen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zenegroen -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het zenegroeno

  1. (plantkunde) benaming voor vaste planten uit het geslacht Ajuga   uit de lipbloemenfamilie (Labiatae of Lamiaceae)
    • Kruipend zenegroen heeft prachtige blauwe bloempjes. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

27 % van de Nederlanders;
21 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen