Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zee·waarts
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zeewaarts
verbogen zeewaartse
partitief zeewaarts

Bijvoeglijk naamwoord

zeewaarts

  1. naar zee gericht, in de richting van de zee
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
95 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be