• zeep·bel·eco·no·mie
enkelvoud meervoud
naamwoord zeepbeleconomie zeepbeleconomieën
verkleinwoord zeepbeleconomietje zeepbeleconomietjes

de zeepbeleconomiev

  1. (economie) een economie gekenmerkt door afwisseling van sterke groei gevolgd door een snelle ineenstorting
    • Onder de regering Bush had Amerika een zeepbeleconomie, die nog voor het eind van zijn ambtstermijn uiteenspatte