Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wok·ak·koord
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wokakkoord wokakkoorden
verkleinwoord wokakkoordje wokakkoordjes

Zelfstandig naamwoord

het wokakkoordo

  1. (horeca) (economie) akkoord tussen de overheid en Aziatische horecaondernemingen waarbij veel Aziatische koks een werkvergunning krijgen en de Aziatische restaurant veel Nederlandse koks gaan opleiden
     In het 'wokakkoord' staat dat er 3150 Aziatische koks in aanmerking komen voor een werkvergunning. Als tegenprestatie belooft de sector elk half jaar 375 Nederlandse koks op te leiden in de Aziatische horeca.[1]
     In 2014 sloot minister Lodewijk Asscher het zogeheten ‘wokakkoord’. Aziatische restaurants zaten te springen om koks om hun Chinese, Thaise en andere oriëntaalse specialiteiten te bereiden. Volgens de regels die toen golden zouden zij eerste werkloze Nederlandse koks moeten aannemen. Maar omdat die de kennis van de Aziatische keukens ontbeerden, werd door Asscher een uitzondering gemaakt. De restaurants kregen ontheffing om geschoolde koks uit Azië te werven. Onder minister Wouter Koolmees werd die regeling zelfs uitgebreid.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Aziatische restaurants blij met 'wokakkoord'” (01-10-2014), Tubantia
  2.   Weblink bron
    Laurens Kok
    “Hoe de overheid mensensmokkel en uitbuiting in de hand werkte: het falen van het ‘wokakkoord’” (18-11-2022), Tubantia