witstaartprairiehond

Nederlands

 
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • wit·staart·prai·rie·hond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord witstaartprairiehond witstaartprairiehonden
verkleinwoord witstaartprairiehondje witstaartprairiehondjes

Zelfstandig naamwoord

de witstaartprairiehondm

  1. (knaagdieren) Cynomys leucurus   knaagdier uit de familie van de eekhoorns (Sciuridae). De wetenschappelijke naam van de soort werd voor het eerst geldig gepubliceerd door Merriam in 1890. De soort komt voor in de Verenigde Staten.
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie