witbuikzanger
- (IPA in voorbereiding)
- wit·buik·zan·ger
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witbuikzanger | witbuikzangers |
verkleinwoord | witbuikzangertje | witbuikzangertjes |
de witbuikzanger m
- (zangvogels) Basileuterus culicivorus hypoleucus een ondersoort van de Basileuterus culicivorus uit de familie Parulidae (Amerikaanse zangers). Deze soort komt voor in zuidwestelijk Brazilië en noordoostelijk Paraguay
- goudhaanzanger, Amerikaanse zangers, zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- Het woord 'witbuikzanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.